donderdag 26 mei 2016

Leiden Marathon - 22 mei 2016

Tja, waar begin je als het gaat om het schrijven over je eerste marathon? Bij het begin dan maar...

Ik was er klaar voor. Waarschijnlijk ben ik nog niet eerder zo relaxed geweest vóór een wedstrijd (al kreeg ik van mijn wederhelft wel te horen dat ik best druk was geweest de laatste dagen, maar dat kwam denk ik ook omdat ik me goed voelde). Alles onder controle en zaterdag al alles klaargelegd.

Niet heel goed geslapen, maar dat is geen nieuws aangezien ik vaker niet goed slaap dan wel. De wekker ging om 5:30 uur en ik stond direct naast mijn bed - ik had er zin in!
Alle laatste voorbereidingen gedaan (drankje klaargemaakt, smoothie en broodjes ei voor na afloop) en alles in de tas gedaan. Instructies voor mijn support team (man en kinderen) voor wat ik op welk punt dacht nodig te hebben en op tijd in de auto gestapt.

Om er in de buurt van Leiden achter te komen dat de 3 flesjes met zelfgemaakte sportdrank nog op het aanrecht stonden...
Paniek? Niet echt. Wel enorm balen, omdat ik verder alles zo goed had voorbereid. Omdat ik geen andere sportdranken kan hebben, zat er niets anders op dan maar te zien hoe het zou gaan. Het was nu eenmaal niet anders.

Op tijd stonden we in de tent waar de startnummers konden worden opgehaald. Te wachten op Ilona en Marije, de andere twee Stoere Vrouwen die met mij meegetraind hadden. Marije had ervoor gekozen om toch de halve te lopen (haar eerste) en Ilona stond net als ik op het punt te beginnen aan haar allereerste marathon. Voor alledrie dus best spannend, maar gespannen was ik nog steeds niet. Wel moest er natuurlijk nog een laatste keer geplast worden, maar dit is vaste prik voor elke wedstrijd.

Stoere Sportrustende Vrouwen
We gingen nog even met zijn drieën op de foto en toen was het alweer tijd om naar het startvak te gaan. Ilona en ik zouden starten vanuit hetzelfde vak, en al kletsend brachten wij - ook weer heel ontspannen - onze laatste minuten door. Voor ik er erg in had, was het startschot daar en we gingen van start.

Natuurlijk lukte het me niet om direct op een lage hartslag te lopen, zoals de bedoeling was, en waarop ik met het Sportrusten schema had getraind. In een wedstrijd ga je nu eenmaal al snel te hard. Bovendien was het broeierig warm en daar kan ik ook altijd slecht tegen.
Het was dus zaak rustig te blijven, tempo terug te nemen en op mijn ademhaling te letten.

Dat deed ik, maar het leidde niet tot een lagere hartslag. Enigszins gefrustreerd liep ik die eerste paar kilometer steeds op mijn horloge te kijken - ook niet bevorderlijk natuurlijk. Rond 8 km besloot ik toch maar even te stoppen om die sok, die bij mijn teen begon te irriteren, goed te doen. Blaren zou ik toch wel krijgen, maar ik had geen zin om daar vanaf zo'n vroeg punt in de wedstrijd al mee te moeten kampen. Na deze korte stop was mijn hartslag gezakt. Niet tot mijn lage marathon hartslag, maar tot de hoogste hartslag waarop ik getraind had (en die eigenlijk bedoeld was voor het allerlaatste deel van de marathon). Ik besloot dat het voldoende was als ik dit kon volhouden, zodat ik me op het lopen zelf kon focussen. Jammer dat ik zelfs op deze hartslag een stuk langzamer liep dan in mijn trainingen, maar ook dit was niet anders. Nu niet mezelf over de kop gaan lopen omdat ik zo nodig onder de 5 uur wil finishen!

Kort na het 11 km punt was de splitsing tussen de halve en de hele marathon. De meute sloeg linksaf en ik volgde het bord waarop met niet te missen letters '42 KM' stond. Slik, nu had in ineens een hele lege weg voor me, met slechts een enkele loper (ruim) voor me. Even schakelen, verstand op nul en verder gaan met waar ik mee bezig was.

Daar was alweer het 14 km punt, zoals iedere kilometer aangeduid met een bord. Ik gaf er in het voorbijgaan een tik op - dit was de maximale afstand geweest in mijn 100 trainingsdagen (die halve marathon in Berlijn even niet meegerekend). Nu hoefde ik dit stuk nog 'maar' twee keer te lopen!

Ik heb er 20 km op zitten!
Drie kilometer verder, ik liep inmiddels in open terrein, middenin het Groene Hart, begon het weer plotseling om te slaan. Dreigende wolken, een lekker briesje en een paar spetters regen luidden veel betere weersomstandigheden in, gelukkig! En nu was het ook nog maar een paar kilometer naar het punt waar mijn support team zou staan.


Brandstof aanvullen
Daar waren ze, en ik stopte even om mijn lege drinkflesje in te wisselen voor een vol exemplaar en een halve banaan in ontvangst te nemen. Even de mededeling dat ik dus langzamer liep dan ik verwacht had en verder ging ik.

Ik passeerde het halve marathon punt en bedacht dat ik nu verder ging lopen dan ik ooit had gedaan. Het schrok me niet af, integendeel, ik had er wel zin in. Alleen, het saaiste stuk van de route lag nu voor me. Een stuk langs de snelweg, gevolgd door een oninspirerend dorp waarvan ik de naam niet eens wil onthouden. Niets ten nadele overigens van het enthousiaste publiek dat daar aan het eind van het dorp stond. Dat gold trouwens voor de hele route: er stonden lange stukken geen mensen langs de kant, maar waar ze wel stonden waren ze bijna zonder uitzondering enthousiast. Nog nooit eerder ben ik zo vaak en uitgebreid aangemoedigd. Het scheelde natuurlijk wel dat ik achteraan liep, zonder medelopers, en dat ik dus alle aandacht kreeg, maar het was geweldig!

Ergens op dit stuk hoorde ik een vrijwilliger tegen een collega-vrijwilliger zeggen dat er nog 5 lopers aan kwamen. Vijf?! Al die tijd had ik niet achterom durven kijken, omdat ik bang was dat ik die fietser met dat bordje 'laatste loper' achter me zou krijgen. Niet dat het erg is om de laatste loper te zijn, maar ik laat die eer toch liever aan iemand anders (behalve misschien bij de marathon van Rotterdam, maar dat is een ander verhaal ;-)).
Ook dit gegeven besloot ik naast me neer te leggen.
Hardlopend het bruggetje op!
Geen idee wat ik hier gebaarde...

Intussen was ik al 3,5 uur aan het lopen en nog steeds ging het goed. Natuurlijk was het pittig, maar ik kon het nog makkelijk volhouden en mijn hartslag bleef nu constant. Ook het verval in mijn tempo was beperkt, dus ik kon tevreden zijn.

Rond 31 km stond mijn support team weer op mij te wachten. Opnieuw even gestopt voor een update en de nodige bevoorrading. Op naar het laatste stuk, dat nog 'maar' 11 km lang was.

Ik begon al last te krijgen van mijn bovenbenen, dus ik wilde niet meer gaan wandelen omdat ik bang was dat ik daarna niet meer in beweging zou komen. Dus ik sloeg het water bij de eerstvolgende verzorgingspost af - ik had zelf nog drinken bij me, dus nodig had ik het niet.
Na de verzorgingspost (ik zat inmiddels op bijna 32 km) kwam het dorp Oud Ade. Dit dorp verdient een aparte vermelding omdat de ontvangst er hartverwarmend was. Ik werd binnengehaald alsof ik een snelle Keniaanse was. Het thema van dit dorp was 'Hemel op Aarde' en ik werd verwelkomd door dansende nonnen en ik kreeg een hand van 'meneer pastoor' voordat ik onder een hemelse boog ging. Aan het einde van het dorp stond mij nog een koor engelen op te wachten die mij aanmoedigden met een luid gescandeerd 'Myra, Myra!' en dat nog te horen was nadat ik het dorp alweer uit was. Wow!!

Alsof de hemelse ontvangst mij vleugels had gegeven, begon ik mensen in te halen. Niet dat ik zo snel was geworden, maar in deze fase begonnen mijn voorliggers vaker te wandelen. Mijn benen leken nu op slot te staan en waren behoorlijk pijnlijk, maar ik wilde niet wandelen.
Tussen 32 en 38 km heb ik uiteindelijk zeker nog 6 mensen ingehaald.

Dat ik het ging halen, stond voor mij allang vast, maar de laatste 8 kilometers leken bijna langer te duren dan alle voorliggende kilometers bij elkaar. Als die benen maar wat beter wilden meewerken! Eindelijk, kort na 38 km kwam de route van de marathon samen met die van de 10 km, die om 14:30 uur was gestart. Ik liep ineens weer in de massa. Grappig dat veel mensen aan het wandelen waren terwijl ze er zo'n 7 kilometer op hadden zitten. Ze moesten eens weten hoeveel ik al in de benen had zitten. Au, die benen! Wat konden 3 kilometers nog lang zijn. Ik had dit stuk vorig jaar gelopen tijdens de 10 km en dacht steeds dat ik nu toch echt wel vlak bij die finish was. Maar steeds kwam er nog een bocht, en nóg een. Ik probeerde nu toch ook even te wandelen, maar dat kostte me meer moeite dan hardlopen, dus daar kwam ik snel van terug.

Big smile dankzij Astrid
Gelukkig wist ik dat er ongeveer 600 meter voor de finish nog een supporter langs de kant stond - collega Astrid had van tevoren laten weten waar ze te vinden zou zijn en die boost had ik nog wel even nodig. Ik ging een poortje door en hoorde mijn naam roepen. Daar stond een oud-collega waarvan ik niet wist dat ze zou komen. En 30 meter verder stond Astrid mij luid aan te moedigen. Ik kreeg hier zo'n energie van dat ik breed lachend op de foto sta die een fotograaf vlak daarna van mij maakte.

Nu was het echt nog maar een klein stukje. Met mijn blik gericht op de finish boog hoorde ik ineens wéér mijn naam. Huh? Ik keek om en zag manlief staan; het was hem gelukt om op tijd in de buurt van de finish te komen! Trots en blij zwaaide ik naar hem en luttele tellen later passeerde ik dan die eindstreep. Natuurlijk kon ik mijn tranen niet bedwingen: ik had zojuist een marathon gelopen!! Wat een geweldig gevoel was dat. Temidden van de 10 km lopers moest ik zoeken naar de mevrouw die als enige nog medailles met een geel lint om haar arm had hangen - het blauwe lint hoorde bij de 10 km.

Trots als een pauw liep ik met mijn medaille om naar de plek waar ik afgesproken had met mijn
Een heuse trofee! 
gezin. Op het moment dat ik naar ze toe liep, kwamen de emoties pas goed los (te zien op de foto bovenaan dit blog) en toen ik ook nog eens een cadeautje in handen gedrukt kreeg, barstte ik in snikken uit, ondertussen roepend "het is dus echt waar dat je na een marathon gaat huilen!".

Het is niet te beschrijven hoe overweldigend het is om een marathon te hebben volbracht. Niet alleen vanwege het feit dat het een behoorlijke inspanning is en iets magisch heeft, maar ook omdat iedereen zo ontzettend met je meeleeft. Na afloop kreeg ik lieve berichtjes en telefoontjes van iedereen en dat maakt deze ervaring nóg specialer.

Mijn eindtijd was 5:20:47. Niets om me voor te schamen, maar ik moet heel eerlijk bekennen dat ik wel een klein beetje baalde dat ik niet onder de 5 uur ben gebleven. Dat zou namelijk op basis van mijn trainingen ruimschoots mogelijk moeten zijn. Waarschijnlijk hebben de warmte in het begin en mijn zere benen mij genekt. Die zere benen zijn waarschijnlijk het gevolg van toch dat gelletje tew weinig (ik had er 3 moeten nemen, maar heb het na 2 voor gezien gehouden).

Maar hé, ik heb een marathon gelopen! Ik, die vroeger een hekel aan sport had in het algemeen en aan hardlopen in het bijzonder. Ik, die 6 jaar geleden dacht dat ze niet verder kon en hoefde te komen dan 5 kilometer. Die dacht dat haar lijf het niet aan zou kunnen. Mijn spierpijn de volgende dagen was enorm. Een aantal van mijn tenen zo kapot dat ik er niet niet normaal mee kon lopen.
Maar dat weerhoudt mij niet van het plannen van de volgende marathon: nog terwijl ik onderweg was, wist ik het zeker: Rotterdam 2017, here I come!!

zaterdag 14 mei 2016

Wings for Life World Run - 8 mei 2016


Het was niet de optimale wedstrijd om te lopen, twee weken vóór de marathon: de Wings for Life World Run in Breda. Reden: ik zou het tempo en de afstand niet helemaal zelf in de hand hebben. Tijdens deze run (wereldwijd in 34 landen op precies hetzelfde tijdstip gehouden) loop je namelijk totdat de finishlijn (in de vorm van de Catcher Car, in Nederland gereden door Max Verstappen) jou inhaalt. Als ik 14 kilometer wilde lopen, zoals in mijn schema stond voor die dag, zou ik een tempo van 6:08 minuten/kilometer moeten lopen. Dat is veel sneller dan ik op marathon hartslag kan lopen. Maar als het me zou lukken de juiste hartslag aan te houden, zou ik uitkomen op een afstand van 'slechts' 10 kilometer.

In de weken voor 8 mei had ik nog geen beslissing kunnen nemen wat ik zou doen. Zou het tempo worden, of hartslag? In de laatste paar dagen hoefde ik daar echter niet langer over na te denken - het zou tropisch warm worden die dag, dus alle schema's moesten overboord en ik mocht waarschijnlijk blij zijn als ik tot 8 kilometer zou komen.

Ruim voor de start had ik afgesproken met Mandy, met wie ik samen zou lopen. Omkleden konden we nog in een koel stadskantoor, maar het duurde niet lang of we moesten er aan geloven: de hitte in.
Na een fotomoment met een aantal instagramlopers liepen we naar de startvakken.
Wat was het al warm! Dat bleek ook op het moment dat ik mijn horloge aanzette, 10 minuten voor de start. Mijn hartslag was enorm hoog. Natuurlijk zou het me in deze omstandigheden nooit lukken om op marathon hartslag te lopen. Alle doelen werden ter plekke losgelaten en Mandy en ik spraken af dat we wel zouden zien hoe ver we zouden komen.

Het startschot klonk en de massa zette zich in beweging. Al heel snel was duidelijk dat het zwaar zou zijn. Dat was het eigenlijk al vanaf de eerste meters. Op dat moment was het 26 graden en mijn lichaam was duidelijk (nog) niet gewend aan deze temperaturen. Mandy en ik kwamen er na afloop achter dat we allebei hetzelfde dachten: diep van binnen waren we het liefst omgekeerd.

Uiteraard gingen we toch door. We probeerden zoveel mogelijk in de schaduw te lopen en iedere sproeier die door het publiek richting de lopers werd gehouden, probeerden we te pakken.
Het hielp. Vanaf de drankpost op 5 kilometer, waar we al wandelend ons bekertje water dronken, ging het ineens wat makkelijker. We raakten een klein beetje gewend aan de hitte en spraken de wens uit om tot 8 kilometer te komen.

We gingen de bebouwde kom uit en liepen aan de rand van het Mastbos. Al snel was daar het bordje dat het 8 kilometerpunt markeerde en Max was nog in geen velden of wegen te bekennen. Het halen van de 10 kilometer werd steeds realistischer. Met nog een paar honderd meter te gaan tot het 10 kilometer punt wilde ik nog een beker water halen bij een meneer die langs de kant stond. Dat duurde langer dan ik had verwacht en gewild, en achteraf was het natuurlijk ook niet nodig geweest - een paar honderd meter verder stonden genoeg bekers met water.

Maar goed, na dit oponthoud liepen we gestaag verder, waarna we al snel een hoop lawaai achter ons hoorden. We zagen nog niets, maar het was duidelijk dat de Catcher Car niet lang meer op zich zou laten wachten.
We werden gesommeerd om rechts te gaan lopen (als je aan de andere kant gepasseerd wordt, wordt je tijd niet geregistreerd) en ja hoor, daar was Max. We hadden nét de 10 kilometer niet gehaald: 9,83 km stond er op de teller.

Na even te hebben uitgepuft in de schaduw, liepen we naar de bussen die ons terug zouden brengen naar de start.
Het was ongelooflijk zwaar geweest, maar tegelijkertijd ontzettend gaaf om te doen. We waren er al snel over uit: dit gaan we volgend jaar weer doen!

Hoewel het dus op bijna geen enkele manier een geslaagde marathon training te noemen was, ben ik blij dat ik het heb gedaan.

En nu... is het aftellen geblazen naar 22 mei - zoals het er nu naar uitziet, met aanmerkelijk lagere temperaturen. Gelukkig!